Dit zouden ouders aan hun gemeente moeten sturen:
“Opnieuw grote tekorten” koppen diverse nieuwsbladen.
Hoe kan de gemeente doorzien of de jeugdzorg, en zeker de jeugdbescherming, effectief werkt?
Er beginnen in den lande wethouders door te hebben dat er geen zicht is op het handelen door jeugdzorg/jeugdbescherming.
Hoe kan dat?
Er wordt veel geklaagd dat er niet goed wordt voorgelicht, niet goed wordt geluisterd, er niet goed wordt doorverwezen naar deskundiger niveau… Dit ondanks het kinderrecht in artikel 24 lid 1, het onbezwaard toegang geven tot de echte gezondheidszorg, waaruit in overleg met de ouders een meest optimaal hulptraject kan volgen.
Waar de ‘jeugdzorg’ doktertje speelt zonder diagnostische bevoegdheden, en ouders die zich beroepen op hun taak in BW1:247 en het genoemde kinderrecht worden nogal eens gestraft met de bewering dat deze ouders ‘tegenwerken’, en dus onveilig zouden zijn, en een drang- of dwangkader wordt ingezet. Dat is geen passende zorg!
Professor Carlo Schuengel[1] heeft op een jeugdzorgacademie in 2013 reeds gewaarschuwd hoe bejegening in het dwangkader werkt door ‘jeugdzorg’: contraproductief.
Er wordt weerzin opgewekt.
En meerdere wetenschappelijke onderzoeken tonen ook aan dat ca. drie op de vier kinderen niet de passende jeugdhulp verkrijgt.
Zo vond prof. N.W. Slot[2] dat 72% van de OTS-sen na twee jaren geen verbetering gaven doch vaak wel een verslechtering; ook prof. Jo Hermanns[3] vond deze achteruitgang in ‘jeugdzorg’. (Zie figuur)
[1] : Schuengel: https://jeugdbescherming.jimdo.com/tips-en-andere-brieven/bejegenen-en-vertrouwen/ (met link naar bron).
Te vaak verschuilt de RvdK en de G.I. zich achter: “De jeugdrechter heeft de dwangzorg bepaald”. De rechter is jurist en geen orthopedagoog, dus is de vraag waarop de rechter dan is afgegaan….
Weet de rechter van de wetenschappelijke inzichten van de volgende wetenschappers?
Weet de rechter dit af te wegen tegenover de vraag om een machtiging OTS en/of UHP?
Weet de gemeente dit om inhoudelijker invloed op uit te oefenen?
1. Joseph J. Doyle jr, 2007 en later.[1] Hij concludeert dat kinderen (N = ca. 15.000 en later 23.000) die in aanmerking komen voor mogelijk uithuisplaatsen veelal beter af zijn wanneer ze thuis met het gezin de juiste, passende hulpverlening krijgen ten opzichte van de groep die random toch uithuis worden geplaatst (UHP); kinderen die thuis mogen blijven, hebben als tieners véél minder kans om zwanger te worden, veel minder waarschijnlijk eindigen in het jeugdstrafrecht, en veel meer kans om een baan te houden gedurende ten minste drie maanden dan vergelijkbaar mishandeld kinderen die in een pleeggezin, uithuis, werden geplaatst.
2. Internist prof.dr.med. Ursula Gresser, 2015.[2] Ze spreekt: “Kinderen hebben behoefte aan contact met de eigen ouders; risico op depressie is groot bij kinderen onder het gescheiden zijn
van diens ouder of ouders. … Contactsabotage naar ouders maakt kinderen na de scheiding ziek.” {Dit geldt zeker ook bij Uithuisplaatsingen, dubbelop}. “Het verlies van contact met levende ouders
schaadt kinderen ongeveer twee keer zo lang en drie keer zo intens als het contactbreuk wegens de dood van een ouder.” De arts heeft de zes meest recente internationale studies over dit onderwerp
geëvalueerd.
Volgens de door haar onderzochte studies treedt het vaakst depressie op, op de tweede plaats verslaving, als stoornis. Ze vervolgde: “Rechters en ‘jeugdbescherming’ kunnen zich niet langer erop beroepen dat ze d.m.v. een contactbreuk (of te slechte bezoekregeling) ‘ten behoeve
van een kind’ handelen. Diegene die nog steeds verlies van contact veroorzaakt, heeft nu kennis over het schadelijk effect.” Zo schaadt het durend te
hoge Cortisolgehalte bij vreemde wegplaatsing naar een onbekende setting het kind fysiek, naast stressreacties die het kind in zelfverdediging verbergt, internaliserend, al kan een
externaliserend gedrag daaruit ook resulteren. {Het blijkt nog erger bij punt 3.}
3. Daniël Weinberger, 2018: “Extreme Stress in jeugdzorg is giftig voor het DNA!”[3]
“Het echte gevaar van het scheiden van kinderen van ouders is niet de psychologische stress – het is de biólogische tijdbom. Het geschreeuw en het gehuil, de angst en de verlatenheid zijn hartverscheurend (https://www.youtube.com/watch?v=tYpDhlgD3y0). Maar de fall-out verbleekt in vergelijking met de minder zichtbare langetermijneffecten die meer sinister en gevaarlijk zijn.
Het scheiden van kinderen van hun ouders, in een UitHuisPlaats-setting of buitenlandse adoptie, naar vreemden, veroorzaakt de meest extreme levensstress die een kind kan ervaren. En het veroorzaakt diepgaande en onomkeerbare veranderingen in de manier waarop hun DNA [figuur] wordt verpakt en welke genen aan en uit worden gezet in de cellen van het lichaam, in organen zoals de pancreas, de longen, het hart en de hersenen – wat leidt tot levenslange veranderingen in de structuur en functie ervan.”
Deze wetenschappelijke inzichten, conform wat prof.dr. Jo Hermanns in Zeeland[4] vond, duiden dat de weging tot uithuisplaatsen, of beslissen tot éénoudergezag[5], veel beter en dus naar IVRK artikel 24 lid 1 diagnostischer gemeten moet worden. Ook de adoptiewetenschappen[6] duiden er op dat er veel meer rekening gehouden moet worden met latere ontwikkelingsfasen van de opgroeienden, wetende dat ze hun historie zullen ontdekken en dit ook een groot gevolg in hun leven kan innemen.
___________________
[3]: https://jeugdbescherming.jimdo.com/kwaliteit/meer-doyle-wetenschap/stress-weinberger-dna/ met daarnaast een opmerkelijk vervolg n.a.v. wat in de V.S. gebeurt; door Allison Eck, 2018.
Weinberger: https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0889159111001541 .
[4]: Hermanns, Zeeland: https://www.youtube.com/watch?v=F6Dthj9XBLU (bij 4:20). Zie ook https://www.youtube.com/watch?v=HGTzNQeo_1Q .
[5]: Tijdelijke gezagsbeëindiging (LJN AS6020) met juiste voorlichting als stok achter de deur: https://jeugdzorg.wixsite.com/jeugdzorg/omgangssabotage-g-i .
[6]: De psyche van pleeg- en adoptiekinderen verschillen niet zoveel van elkaar: https://jeugdzorg.wixsite.com/jeugdzorg/verband-pleeg-en-adoptie-problemen .
4. Prof.dr. R.J van der Gaag, oratie, 2003.[7] Hij adviseerde vòòr de ingang tot de toch wel ernstig ingrijpende dwangzorg echte ‘zwaargewichten’, diagnostische specialisten, te zetten die naar hun beroepscode het cliëntsysteem zèlf zien en onderzoeken. Er bestaat interactiediagnostiek. Een gedragswetenschapper is nog geen orthopedagoog of jeugdpsychiater!
Ex-kinderrechter mw. Quik-Schuijt[8] meldt ook dat in deze zorg voor jeugd ‘informed consent’ net zo betamelijk zou moeten zijn als in de gezondheidszorg, het in overleg naar het meest bij het gezin passende hulptraject te komen, zodat er ook motivatie voor ontstaat.
Wanneer Allison Eck (onderaan) vermeldt dat bij deze problematiek de wetenschappers opmerkelijk unaniem zijn, is het vreemd dat zowel Veilig Thuis (AMHK, Samen Veilig) als de RvdK op de vraag of ze rekening houden met deze wetenschap, het schaden van kinderen door wegplaatsen, er een afschuivend antwoord komt; ‘we hebben onze eigen jeugdzorgketen-wetenschappers’. Ook de G.I.’s gaan daarin mee.
Jeugdwet 3.2 lid 2 zegt dat de G.I. geen hulpverlening doet, maar doorverwijst. We zien anders, als een kind in eigen beheer nemen, en ‘tegensprekende’ ouders die meer optimale, kwalitatievere zorg en voorlichting wensen worden met drang of dwang weggezet.
Jeugdwet 3.3 zou de RvdK en de G.I. meer aan ‘waarheid’ moeten laten doen…. De Kinderombudsman[9] vond vele fouten en opperde netjes dat er wel eens
sprake zou kunnen zijn van een financiële “perverse prikkel” (pagina 93). De jeugdzorgrapportages staan vol meningen van diagnostisch-onbevoegden; meningen, vermoedens en verwachtingen zijn
geen feiten! (Dat is geen 'waarheid'!)
En waar ‘waarheid’ ook het meest optimale toekomstperspectief zou moeten zijn voor de opgroeiende, voldoet de ‘jeugdzorg’ niet aan artikel 3.3 Jw (dat, let wel, niet gesanctioneerd is, en wringt met de uitkomst van het rapport "Is de zorg gegrond?" van kinderombudsman Marc Dullaert, 2013.
De inspectie ziet praktisch slechts toe op het goed verslagleggen door gezinsvoogden, ook al is er een klacht over, zonder kennis te gebruiken wat dit betekent voor de psyche der opgroeienden.
De rechter is bij jeugdzorgzaken slechts een gokker of afstempelaar.
De gemeente heeft geen inzicht in de effectiviteit van de jeugdhulp! De ‘jeugdzorg’ vraagt met smoesjes meer en meer om geld. Een historisch feit!
De fabel gaat dat ‘jeugdzorg’ goedkoper is dan gezondheidszorg. Maar jeugdzorgtrajecten duren aanmerkelijk langer en zetten nogal eens geen zoden aan de dijk; in tegenstelling tot gezondheidszorg dat effectiever, motiverender en daarmee korter werkt, waardoor dit goedkoper is per afgesloten traject. Dus uiteindelijk goedkoper!
Er zijn gemeenten die de huisartsen laten doorverwijzen naar lager niveau, de jeugdhulp, wat ingaat tegen het prevalerend kinderrecht IVRK24.1. Dat is duidelijk tegendraads, op geloof, niet op wetenschap!
________________
[7]: Van der Gaag: https://jeugdbescherming.jimdo.com/kwaliteit/diagnostiek-nodig-als-nulmeting/ , met ópen diagnostiek: https://kinderbescherming.jimdo.com/informatie/onderzoeksvragen-open/ .
[8] : Quik, ‘informed consent’: https://kinderbescherming.jimdo.com/methoden/fjr-2015-51-drang/ .
[9] : “Is de zorg gegrond?”, 2013: https://www.dekinderombudsman.nl/92/ouders-professionals/publicaties/rapport-is-de-zorg-gegrond/?id=325 .
Jongeren uit de ‘jeugdzorg’ komen opmerkelijk vaak met uitkeringen in aanmerking na hun 18e! Effectievere, minder schadende zorg is wenselijk, met meer toezicht op de effectiviteit, het ‘informed consent’, en voortvarendheid van werken.
In een gemeentelijk onderzoek rond Groningen-Midden* bleek dat de kosten voor de Wmo en jeugdzorg zònder drang en dwang omlaag te kunnen, maar de jeugdbeschermingsketen bleek de gemeentelijke uitgaven extreem meer en meer te belasten.
De halfslachtige 'onderzoeken' door de jeugdbeschermingsketen met veel knip- en plakwerk worden zonder behoorlijk onderzoek in vrije rechtsvinding te vaak geloofd te worden door kinderrechters, die geen orthopedagogen zijn om fouten te doorzien.
Wegingsvragen die de recente wetenschappelijke inzichten respecteren worden niet herkend door kinderrechters.
Ik hoop dat dit tot denken aanzet.
Met vriendelijke groet,
TjS..
Bijlagen: BRIEF 2013 aan alle B&W's. Deze jeugdzorgkosten waren reeds wetenschappelijk voorzien.
Ook wetenschappers, specialisten, hebben adviezen verstrekt aan de wetgever, en zijn genegeerd.
Enige voorstellen: meldingencontrole en RvdK+ met diagnostiek .
*: Schrijf uw gemeente:
Waar betalen de gemeenten zich blauw aan?
In het Dagblad van het Noorden (https://www.dvhn.nl/groningen/Praktischer-aanpak-van-jeugdhulp-loont-maar-gemeente-slaagt-er-door-gedwongen-jeugdzorg-niet-in-geld-te-besparen-25885859.html) staat een onderzoek (N=300).
Louis van Kelckhoven – 29-07-2020 – Groningen
Een praktische aanpak van de jeugdzorg loont. Anderzijds wordt het geld dat de gemeente bespaart door jeugdzorg-instellingen uitgegeven –{Uitgaven, het meest en langst aan de jeugdbescherming, de ‘gecertificeerde-instellingen, die lang werk maken volgens meerder, ander onderzoek. Waar de jeugdbescherming weigert deze wetenschappelijke inzichten te implementeren in hun beleid, moge het wetenschappelijk duidelijk zijn dat er veel schade juist veroorzaakt wordt, temeer daar er zelden een diagnostische nulmeting ligt aan een OTS om voortgang en effectiviteit te meten naar kinderrecht IVRK art. 25}.
Dat blijkt uit een evaluatie van de 300 gezinnen-aanpak in Midden-Groningen. Om de alsmaar stijgende kosten voor jeugdzorg niet nog verder op te laten lopen, nam de gemeente deze grootverbruikers onder de loep .
Midden-Groningen kwam in 2018 € 7,3 miljoen te kort op jeugdhulp –{landelijk is het een enorm en ongecontroleerd bedrag}. Het bleek dat een groot deel van de jeugdzorg structureel voor rekening kwam van kinderen uit een ‘min of meer vaste groep van 300 sociaal kwetsbare gezinnen’ –{aldus de bewering van de jeugdbescherming}.
De gemeente slaagt er in om met een praktischer, meer op sociale veerkracht binnen het gezin gerichte aanpak, geld te besparen op jeugdhulp –{Was het maar jeugdhulp in de vorm van ook voorlichtende orthopedagogische en psychologische gezondheidszorg; de klacht van velen is juist dat het enkel naar de jeugdzorg – dat is zonder zorg – toegaat}. Dat de kosten desondanks niet fors naar beneden gebracht zijn komt door de jeugdbescherming.
"Dat de kosten desondanks niet fors naar beneden gebracht zijn komt door de jeugdbescherming."
Die heeft te maken, zo schrijft het college van B & W aan de gemeenteraad, met financiële en organisatorische problemen. Daarbij gaat het om zogeheten gecertificeerde instellingen (G.I.’s): Jeugdbescherming Noord, Leger des Heils jeugdbescherming en William Schrikker Jeugdbescherming en -reclassering. –{De ambtenaren zijn duidelijk geen wetenschappers; ze zien niet dat het sociaal domein niet het juiste hoogwaardige niveau kan verstrekken die past bij het kinderrecht in artikel 24 lid 1 IVRK. Susan L. Smith (in ‘Keeping the Promising’, 2010) schreef o.a. dat de reguliere jeugdzorg niet de kennis bij de case matcht. Weliswaar voor geadopteerden, maar dit geldt ook voor pleegkinderen.}.
Na een gerechtelijke uitspraak {zoals BW1:266} kunnen deze instellingen een voogd aanstellen, een ondertoezichtstelling of uithuisplaatsing regelen -{BW1:266 als doel voor het inkomen van de G.I., resp. BW1:255 met lid 4 vaak niet concreet genoeg om te meten - waardoor er niet voortvarend gewerkt wordt aan het "oplossen van die bedreiging" en het escaleert, resp. 1:265b op vage, niet-verifieerbare verwachtingen van een diagnostisch-onbevoegde}.
,,De kosten die daaruit voortvloeien’’, zegt wethouder Peter Verschuren van Midden-Groningen, ,,zijn voor rekening van de gemeente. Die moet betalen.’’
Het budget van de gecertificeerde instellingen is met ingang van dit jaar met 17 procent verhoogd. Daarmee kan {diagnostisch-onbevoegd, relatief laagopgeleid} personeel worden aangetrokken. ,,Dat is een forse verhoging’’, aldus Verschuren. ,,Maar een cultuuromslag binnen deze organisaties is evenzeer gewenst.’’
–{De gemeenten horen de propagandaklachten van het sociaal domein aan in geloof.* Waar dit domein is aangesproken dat waar het voor hen “o zo complex” zou zijn, of ze niet willen verwijzen naar een specialist; en waar de recente wetenschappelijke inzichten over de schadelijkheid van beschermingsmaatregelen, veelal zonder preventieve brede voorlichting en keuze vooraf, niet worden meegewogen, en rechters ook daarvan onkundig zijn, gaat het naar weer ander onderzoeken bij ongeveer drie op de vier jeugdzorgkinderen niet goed. De kennis wordt niet gematcht bij de case. Te vaak.
En daar komt het gevolg van drangzorg bij, wat ook niet effectief en enthousiasmerend blijkt te werken en meer codificatie behoeft.
Hoe willen de burgers dat de gemeente meet? Ook naar inhoud voor begin en effectiviteit van de beweerde hulp?! Er is zelfs gewaarschuwd tegen drang en dwang in de jeugdzorg door specialisten en wetenschappers.
Enige vormen van schadelijk handelen die de jeugdbescherming in Nederland gebruikt is door het EHRM in Noorwegen reeds veroordeeld.
Hoe meet uw gemeente de ‘outcome-criteria’ wanneer er geen concreet zicht is op de validiteit van de jeugdbeschermingsrapportages, de nulmeting, waar veel beweerd wordt en het Actieplan van de overheid niet concreet werd, de inbreng van onafhankelijke deskundigen van ouders niet werd meegenomen, en de aantoonbaarheid van inzet tot het voortvarend oplossen dan de (vermeende) bedreigingen (lid 4 van BW1:255) naar gezinnen toe. Een voorbeeld:
Maxima reikte dit jaar de hoofdprijs Appeltjes van Oranje uit aan Villa Pinedo die een heel goede bewustmakende training via internet heeft voor ruziënde, scheidende en gescheiden ouders, om hen aandachtspunten te geven. Waarom wordt deze goedkope training niet standaard direct aan ouders verstrekt, waar er een signaal komt, bij politie, wijkteam, AMHK of scheidingsrechtbank?
Is € 95 voor zo'n training aan ouders verstrekken nu duurder dan een jaar omgangs-OTS (à € 8000/jr), dat te vaak – opvallend – verlengd wordt omdat er escalerend of speculatief is gewerkt?
En waar de gezinsvoogdij klaagt dat ouders niet communiceren, waarom toch gaf de G.I. die ouders geen communicatietechniekcursus, want de G.I. heeft immers de taak in BW1:262 ten gunste van de ontvankelijke opgroeiende oplossend en steunend te werken?! Gezien de genegeerde verstrekte recente wetenschappen is het duidelijk dat de jeugdbeschermingsketen incl. ingang daartoe onder curatele dient te staan.
Controleer wat ouders werkelijk en aantoonbaar zwart op wit [aan voorlichting, hulp en steun] krijgen om het traject kort te houden. En hóé valide geméten wordt. Want na een cursus is toch de mentale keuze te meten van elk der ouders?! }
Het laatste stukje op bovenstaande site van het Dagblad:
De wethouder is zich bewust dat het om kwetsbare kinderen en langdurige processen gaat. –{We denken eerder dat de wethouder de propaganda uit de jeugdbeschermingsketen en
jeugdzorglobby gelooft, die dit zeggen. Is diagnostisch bewezen dat het ‘kwetsbare kinderen’ betreft, en niet ‘slecht voorgelichte ouders’ door inspanningsverzuim van de
jeugdzorg?}. ,,De gewenste cultuuromslag kost tijd, terwijl binnen de instellingen de neiging bestaat
om op safe te spelen. Dat maakt dat veranderingen langzaam gaan.’’ –{Die cultuuromslag is al een kwart eeuw beloofd en kan niet met het lage niveau dat niet diagnosticeert of
niet deskundig en breed voorlicht, zo voortvarend mogelijk… Geloof is bewezen onzin van de jeugdzorglobby is als zand van Klaas Vaak; en (semi)ambtenaren slapen volgens ook zo’n cliché graag.
De belofte van de jeugdzorg door de tijd is nimmer concreet geworden. Jeugdzorgwerkers voor de rechter willen zich niet beëdigen en niets bewijzen met aantoonbaar voorlichten
en diagnostiek}.
Aldus ontstaat een situatie dat door de inzet van sociale [wijk]teams in Midden-Groningen, de kosten van jeugdhulp vorig jaar met 1,8 miljoen euro zijn teruggebracht. Daar tegenover staat een stijging van de uitgaven van ‘gedwongen’ jeugdzorg met 1,4 miljoen euro.
In de raadsbrief staat dat B & W er alles aan doen om deze ontwikkeling in positieve zin om te buigen. ,,Maar het is een weerbarstig onderwerp, wat ook mag blijken uit de aandacht die het krijgt van de landelijke politiek’’, weet Verschuren. –{Mogen we hopen dat vele ouders inhoudelijk schrijven om eens beter via ouders en deskundigen te onderzoeken en controleren. https://www.dropbox.com/s/4w9lnd2gm9p3vgf/Berndsen%20over%20NJi-RAPPORT%20%27SAMEN%20WERKEN%20AAN%20FEITENONDERZOEK%27-mei20.pdf?dl=0 uit Dropbox, of https://www.dropbox.com/s/5izm2t8n3ol6w4l/2020.06.30_Presidentv.Rechtbank_Knelpunten_JeugdbeschermingsOnderzoek.pdf?dl=0 .}.
Noot:
*: Jw2.2: https://wetten.overheid.nl/jci1.3:c:BWBR0034925&hoofdstuk=2&artikel=2.2&z=2020-07-01&g=2020-07-01:
· Lid 1. De gemeenteraad stelt periodiek een plan vast dat richting geeft aan de door de gemeenteraad en het college te nemen beslissingen betreffende preventie en jeugdhulp, de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering.
· 2. Het plan bevat de hoofdzaken van het door de gemeente te voeren beleid betreffende preventie, jeugdhulp, de uitvoeringvan de kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering en geeft daarbij in ieder geval aan:
1. a. wat de gemeentelijke visie en doelstellingen zijn van dit beleid;
2. b. hoe dit beleid zal worden uitgevoerd in samenhang met de verantwoordelijkheid van het college inzake Veilig Thuis [AMHK] en welke acties in de door het plan bestreken periode zullen worden ondernomen;
3. c. welke resultaten de gemeente in de door het plan bestreken periode wenst te behalen, hoe gemeten zal worden òf deze resultaten zijn behaald en welke outcome-criteria gehanteerd worden ten aanzien van jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen –{De gemeente is vaak niet bewust dat de kosten bij jeugdhulpaanbieders door de gezinsvoogdij veroorzaakt worden, een G.I. die een OTS lang kan rekken omdat er geen inhoudelijke toezicht is op effectief werken, na een diagnostische nulmeting vooraf; wegende Jw4.1.1 en 3.2 lid 2}.;
4. d. hoe het college uitvoering zal geven aan artikel 2.7, tweede lid, en hoe wordt gewaarborgd dat de jeugdhulpaanbieder voldoet aan de eisen inzake de verantwoordelijkheidstoedeling, gesteld bij of krachtens artikel 4.1.1, tweede lid, juncto 4.1.5, eerste lid;
5. e. op welke wijze de gemeenteraad en het college zich hebben vergewist van de behoeften van kleine doelgroepen, en
6. f. hoe het college uitvoering zal geven aan het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169) –{waarbij het VN-verdrag van 20-11-1989, met name artikel 24 lid 1, en artikel 25 IVRK als prevalerend kinderrecht}.
· 3. Het plan wordt, voor zover het de afstemming van en effectieve samenwerking met het onderwijs betreft, niet vastgesteld dan nadat over een concept van het plan op overeenstemming gericht overleg heeft plaatsgevonden met het samenwerkingsverband, bedoeld in artikel 18a van de Wet op het primair onderwijs en het samenwerkingsverband, bedoeld in artikel 17a van de Wet op het voortgezet onderwijs. Het overleg met deze samenwerkingsverbanden vindt plaats overeenkomstig een procedure, vastgesteld door het samenwerkingsverband en het college van de gemeente of gemeenten. De procedure bevat een voorziening voor het beslechten van geschillen.
Gemeenten doen er goed aan ouders ook te wijzen op het bestaan van BW1:247, 255, 262 en verder, zodat ouders weten dat hun gezag ernstig ingeperkt kan worden waar ze geen zelfreflectie vertonen. (https://jeugdbescherming.jimdofree.com/tips-en-andere-brieven/wetgeving-en-regels/).
Jammer genoeg werkt de G.I. (die hierop ìs gewezen) niet deskundig en voortvarend aan https://jeugdzorg.wixsite.com/jeugdzorg/omgangssabotage-g-i . Omgangssabotage is gevaarlijk voor een kind, en een ouder die zich op IVRK24 lid 1 beroept, is geen vechtscheidende ouder, al wil de gezinsvoogdij dat in propaganda ("vechtscheiding") laten geloven.
Zeker het wegplaatsen en niet voortvarend terugplaatsen (op insinuaties door een gezinsvoogd) is een ernstige bedreiging! (https://kinderbescherming.jimdofree.com/brieven/brief-aan-tweede-kamer-2011/brief-wegkijken-van-wetenschap/).
____ ____ ____
Ouders, ouders doen toch wat voor hun gezamenlijk kind?:: https://kinderbescherming.jimdofree.com/brieven/brief-aan-tweede-kamer-2011/schrijf-uw-gemeenten/ .
_________________________________________________________________ ________________________________________________________________________________
Op https://jeugdbescherming.jimdofree.com/adoptie-en-pleegzorg/relativeer-en-onderzoek/ staat ook kort o.a.:
Waar betalen de gemeenten zich blauw aan?
In het Dagblad van het Noorden (https://www.dvhn.nl/groningen/Praktischer-aanpak-van-jeugdhulp-loont-maar-gemeente-slaagt-er-door-gedwongen-jeugdzorg-niet-in-geld-te-besparen-25885859.html) staat een onderzoek (N=300) waaruit blijkt dat de kosten voor de gemeenten vooral door de jeugdbescherming gegenereerd worden, vooral wanneer "de rechter heeft beslist" als excuus wordt gebezigd, waar de jeugdbescherming zelf de rechter heeft voorgezegd met insinuaties.
Louis van Kelckhoven – 29-07-2020 – Groningen - Dagblad van het Noorden :
Citaat:
"De gemeente [Groningen] slaagt er in om met een praktischer, meer op sociale veerkracht binnen het gezin gerichte aanpak, geld te besparen op jeugdhulp" –{Was
het maar jeugdhulp in de vorm van ook voorlichtende orthopedagogische en psychologische gezondheidszorg; de klacht van velen is juist dat het enkel naar de
jeugdzorg – dat is zonder zorg – toegaat}. "Dat de kosten desondanks niet fors naar beneden gebracht zijn komt door de jeugdbescherming." ...
,,De kosten die uit [kinderbeschermingsmaatregelen, aangevraagd door de jeugdbescherming,] voortvloeien’’, zegt wethouder Peter Verschuren van Midden-Groningen, ,,zijn voor rekening van de gemeente. Die moet betalen.’’
Het komt dus uit dit onderzoek met N = 300 dat de jeugdbescherming voor een stijging van kosten zorgt.
KOSTEN:
Inderdaad betaalt de gemeente de jeugdbescherming èn de door de jeugdbescherming ingezette ketenpartners:
Een OTS kost ca. € 8.000 per kind per jaar; een UHP ca. € 80.000 (een gezinsvoogd heeft vaak meer dan 15 pupillen, dus gaat veel op aan bureaucratie en directies), met bijv. ook nog eens een gezinshuis à € 38.000 per jaar pèr kind, zogenaamd voor de {ondeskundigen-}'zorgen', en zo zijn in de praktijk weggeplaatste kinderen een inkomstenbron.
Met 4 kinderen is dat een onbelast jaarinkomen van € 152.000/jr, meer dan modaal, voor de gezinshuis-'ouders', en in Noord-Nederland zijn die jongeren vaak daarenboven goedkope werkkrachten op 'zorgboerderijen'.... waar ze geen psycholoog ofzo te zien krijgen.
En uit wat de G.I. ontvangt, wordt zelden een cursus of goedkope training van Villa Pinedo ter voorlichting en steun verstrekt aan het gezin. De plicht tot concreet werken aan het voortvarend oplossen van lid 4 van BW1:255 (met de taak in BW1:262, lid 3 en lid 1) wordt te vaak vergeten door de G.I., die zoveel inkomen krijgt.